Theorieles

Les 1: Introductie les Popart (theorieles)

Doelen:

- De leerlingen maken kennis met Pop art

- De leerlingen creëren een beeld van wat Pop art is. Belangrijke kenmerken van de kunststroming zijn duidelijk

- De leerlingen zijn instaat een multimediapresentatie te maken en te presenteren

- Aan het eind van de les hebben de leerlingen kennis opgedaan over het ontstaan van de kunststroming.

Voorbereiding:

Er zijn voldoende computers of laptops aanwezig

In de klas staat voldoende aanschouwlijkmateriaal, denk aan: schilderkunst, beeldende kunst, boeken en ander materiaal gerelateerd aan Pop art

Er wordt gebruik gemaakt van een PowerPoint of outlook presentatie om de introductie beeldend te maken

A3-papier voor het maken van de woordweb

Beginsituatie: 
- De leerlingen zijn nog niet thuis in de kunstvorm, Pop art. 
- Een aantal leerlingen zullen voorkennis hebben over het onderwerp.

Duur van de les: 90 minuten

De les begint met de introductie van de kunststroming: Pop art. De leerkracht heeft van te vore beeldmateriaal meegenomen en deze voor de klas tentoongesteld. Het is dus de bedoeling dat er rondom het werkgebied van de leerkracht voldoende aanschouwelijk materiaal staat. Denk aan: Schilderkunst, collagekunst in 2D of 3D en beeldende kunstwerken. Ook boeken met beeldmateriaal en informatie over Pop art zijn geschrikt om tentoon te stellen tijdens deze introductie. Al dit aanschouwelijkmateriaal zorgt ervoor dat de er bij de leerlingen interesse voor het onderwerp wordt opgewekt.

Inleiding (30 minuten)

De leerkracht start zijn les door de PowerPoint over Pop art te openen. Er wordt uitgelegd dat de leerlingen de komende periode gaan werken aan een kunstproject, de lessenserie: Pop art. De leerkracht laat hierna  zien wat Pop art is zonder verder in te gaan op de voorgeschiedenis van de kunststroming. De leerkracht deelt de klas in groepen in, de grote van de groepjes hangt af van de grote van de klas. Nadat de groepjes zijn ingedeeld vraagt de leerkracht of de leerlingen kunnen benoemen wat zij zien. Het is de bedoeling dat de leerlingen in de groepjes gaan bespreken wat voor beeldende aspecten zij allemaal kunnen zien bij het tentoongestelde aanschouwlijkmateriaal. De leerlingen kunnen naar het aanschouwlijkmateriaal lopen om deze beter te bezichtigen. Na ongeveer tien minuten van onderzoek bespreekt de leerkracht klassikaal de bevindingen. Elk groepje komt een voor een aan de beurt en vertelt wat is opgevallen. Al de bevindingen worden door de leerkracht in een woordweb opgeschreven. De algehele kunstbeschouwing van de klas staat na afloop van de nabespreking op de woordweb. 

Wanneer de kunstbeschouwing is afgerond vertelt de leerkracht over de geschiedenis van Pop art. De leerlingen krijgen een kijkje in het ontstaan van de kunststroming , waar komt Pop art vandaan en waarom is het ontstaan? Vervolgens laat de leerkracht beeldmateriaal zien van invloedrijke personen als: Roy Lichtenstein en Andy Warhol.

Kern (40 minuten)

De leerkracht vertelt dat de leerlingen in groepjes van twee een presentatie gaan geven over Pop art. De leerlingen gaan tijdens deze presentatie een antwoord geven op de vraag: ’’Wat is volgens jullie Pop art?’’ De leerkracht geeft de volgende richtlijnen: De presentatie duurt niet langer dan vijf minuten. Er wordt kort ingegaan op de geschiedenis van Popart in het algemeen of specifiek gericht op een kunstenaar of land.  Elke leerling geeft een korte uitleg wat hij/zij van Pop art vindt. De presentatie wordt beeldend gemaakt door het gebruik van een PowerPoint of door het maken van een poster wanneer er geen Smartboard ter beschikking is. Na de instructie gaan de leerlingen in groepjes van drie werken aan de presentatie. De leerlingen hebben een computer tot hun beschikking waardoor ze goed achtergrond informatie kunnen opzoeken.

Afsluiting (20 minuten)

Als afronding van de introductie worden de presentaties gegeven. Elke presentatie wordt kort beoordeelt door de leerkracht. De leerkracht kijk naar het vertelde, is dit correct? Wanneer nodig geeft de leerkracht extra sturing zodat de kennis over de kunststroming correct overgenomen kan worden. Ook geeft de leerkracht een beoordeling over de gemaakte PowerPoint of eventueel poster.  Hierbij wordt gekeken naar: beschrijving van een aantal kenmerken bij de afbeeldingen, kleur gebruik en wel of niet een duidelijke link met Pop art. De presentatie kunnen wanneer er gebrek aan tijd is, in de loop van de week gehouden worden.